Managers worden steeds meer geacht om een coachende rol aan te nemen ten opzichte van hun medewerkers. Vaak is de manager niet langer meer de baas en krijgen medewerkers steeds meer vrijheid om hun eigen inbreng te leveren en zichzelf te ontwikkelen. Maar waar komt deze beweging eigenlijk vandaan? En kan iedere manager een goede coach zijn?
Om te beginnen is het goed om te weten wat het verschil is tussen managen en coachen:
Managen: volgens het woordenboek betekent managen de baas zijn en zorgen dat iedereen doet wat hij of zij moet doen. Als we dat iets breder trekken houdt het in dat je plannen maakt, deze uitvoert en controleert of het is gerealiseerd. Uiteindelijk evalueer je hoe het in het vervolg beter kan.
Coachen: Anderen begeleiden om zich verder te ontwikkelen en hen tot een hogere competentie te brengen. Niet door te onderwijzen, maar door te inspireren en ondersteunen.
Waar komt de beweging vandaan?
Veel organisaties zijn zich de afgelopen jaren platter gaan organiseren. Vroeger zag de organisatiestructuur eruit als een hark waarin de baas vertelt wat jij moet doen. Tegenwoordig werkt het andersom waar bijvoorbeeld een (zelfsturend) team van professionals samen in sprints gaat bepalen waar zij de komende weken aan gaan werken. De klassieke rol van de manager is om te zeggen wat jij moet doen, budgetten bij te houden en te sturen op resultaten.
Als manager vertegenwoordig je het bedrijf en ga je met medewerkers in gesprek over productiviteit en de inhoud van het werk. Ben jij een coach, dan kijk je veel meer naar hoe het met je medewerker(s) gaat, hoe zij op het best kunnen presteren en hoe zij nog beter kunnen worden. Omdat organisaties steeds minder hiërarchisch worden, wordt van veel managers gevraagd om zich ook coachings-eigenschappen aan te meten. Wat je nu steeds vaker hoort is dat je als manager de strategie moet bepalen, ervoor moet zorgen dat iedereen zijn werk doet en doelen worden behaald. Ook moet je daarin medewerkers coachen en helpen hen naar een hoger niveau te brengen.
Managers zijn geen coach
Moeten managers coach (willen) worden? Nee.
Ten eerste: je moet niets. Ten tweede: naar ons idee zijn er verschillende type personen. Je hebt een manager die oog heeft voor het proces en weet hoe je dingen moet organiseren en je hebt een coach die aan de menskant zit en oog heeft voor het individu. Een coach is steeds bezig om samen met jou de volgende stap te maken. En hoewel de ene manager meer mensgericht is dan de ander, is het uiteindelijke doel van de manager vrijwel altijd om resultaten te behalen. En hij/zij doet dat uiteraard het liefst in een team vol met enthousiaste, productieve, goed presterende medewerkers. In de praktijk zie je dan ook vaak dat het gaat wringen wanneer je als manager je medewerkers ook moet coachen.
Je kan dus proberen om van een manager een goede coach te maken, maar dat is niet waar de kwaliteit van die persoon ligt en dus sla je waarschijnlijk de plank volledig mis.
Driehoeksverhouding tussen de manager, coach en medewerker
Dat wil natuurlijk niet zeggen dat managers niet bezig mogen zijn met de ontwikkeling van je medewerkers. De kracht zit hem juist in de driehoeksverhouding waarbij de manager degene is die het goede voorbeeld geeft qua kennis en resultaten, inspireert en feedback geeft op de inhoud. En waarbij de coach met de medewerker in gesprek gaat over hoe het met hem/haar gaat, hoe hij/zij optimaal kan presteren en nog beter kan worden. Moet je nou voor iedere medewerker een coach aannemen? Nee, zeker niet! Het kan namelijk veel verschillende vormen hebben. Het kan ook iemand zijn die van nature die rol aanneemt, of iemand die vakinhoudelijk heel sterk is, zoals bijvoorbeeld een mentor. Dat hoeft dus echt geen fulltime job te zijn.
Kommentare